Kies uw kerk

Preek van de week

Bezinning door het jaar - vijfde zondag van de veertigdagentijd jaar B - 16 en 17 maart 2024

'Als een graankorrel niet in de akkergrond sterft,' zei Jezus,

'blijft hij onvruchtbaar. Wie zijn leven durft prijs te geven,

zal eeuwig leven. Wie Mij wil dienen, zal Mij moeten volgen.'

(naar Johannes 12, 24-26)


Overweging bij dit zondagsevangelie
Ik wil mijn woorden in je hart in prenten - zegt God - mijn verbond in je binnenste leggen.
Ik wil je God zijn en jij mag mijn kind zijn, tenminste als je dat zelf wilt.
Maar één ding moet je weten voordat je een keuze maakt: Ik beloof je niet alleen
rozengeur en maneschijn. Je zult op momenten moeten vechten om je christen-zijn
waar te maken, net zoals een graankorrel die eerst moet sterven om nieuw leven te geven.
Mijn Zoon heeft het je voorgedaan en ook nu nog is Hij brood, samengeperst graan,
vruchtbaar leven.
(Uit: Een vuurwerk van tederheid; Erwin Roosen)



Jezus en de graankorrel...
Er waren Griekse Joden in Jeruzalem, ter gelegenheid van het Joodse Paasfeest,
Pesach genoemd, ze willen graag Jezus ontmoeten en spreken. De Grieken wilden
Hem leren kennen en proberen Hem te volgen. Daarom zouden ze Jezus graag
willen ontmoeten. Zouden wij ook niet graag Jezus willen zien? De vraag is echter:
hoe kunnen we Hem zien? We zullen Jezus niet zien met onze ogen, maar we kunnen Hem wel zien met de 'ogen' van ons geloof.
Jezus heeft ons in de evangelies meerdere malen gezegd waar je Hem kunt zien. Een van zijn uitspraken is bijvoorbeeld: waar twee of meer in mijn naam samen zijn, daar ben Ik in hun midden.
Jezus is duidelijk in onze wereld aanwezig bijvoorbeeld waar mensen lijden of ziek zijn, vervolgd worden, of vluchteling zijn. Probeer deze week maar eens op zoek te gaan naar Hem, je zult Hem vaker treffen dan je denkt.
Jezus vertelt aan de Griekse Joden dat Hij vlak voor zijn dood staat. Hij gebruikt daarvoor het beeld van een graankorrel, die in de aarde moet vallen en sterven om vrucht voort te brengen, volgens Johannes. Zich willen prijsgeven
als een graankorrel is jezelf uit handen geven voor anderen. Je kunt leven met open
handen, alleen uit open handen kun je goedheid zaaien.
(preken.be + Martien)



Geloven

Ik geloof in God,
die Vader is en ons de wereld schenkt.
Ik geloof dat God ons roept
om van deze wereld een thuis te maken,
een wereld zonder honger, zonder oorlog,
zonder haat, zonder vervuiling,
een wereld vol goedheid,
recht en vrede voor iedereen.

Ik geloof in Jezus, de Heer,
die geroepen en gezonden werd
om mens te worden met de mensen
en lief en leed met ons te delen,
om zich te geven aan de mensen.
Ik geloof ook,
dat de Heer ons roept en zendt
om lief en leed te delen met elkaar,
om de aarde te bewaren,
om verbonden met de Heer,
door zorg en pijn heen,
tot nieuw leven te verrijzen,
want Hij is onze hoop en vertrouwen.

Ik geloof dat de levende Heer
zijn Geest van liefde en inzet
schenkt aan alle mensen.
Ik geloof ook,
dat de Heer ons roept en zendt
om van die boodschap te getuigen
en in woord en daad
te werken aan zijn Rijk op aarde,
opdat alle mensen
broers en zusters zouden zijn,
om onze vreugde bij de Vader volkomen te
maken en verenigd te worden
in zijn vrede.


Venster van de ziel

Ik wens je ogen toe
die de kleine dingen van een gewone dag echt zien en in het licht zetten.

Ik wens je oren toe
die de nuances van en de ondertonen in het gesprek met anderen opnemen.

Ik wens je handen toe
die niet lang overleggen of ze kunnen helpen en goed zullen zijn.

Licht dringt door het water van de ziel in ons binnenste
en straalt terug in onze omgeving in ons onderweg zijn met medemensen

Wees als een venster waardoor liefde als een grenzeloos licht de wereld instraalt.

(Edith Stein)


"Soms is de beste manier om van iemand te houden hem of haar met rust te laten,
elke ontmoeting is een gelegenheid om vriendelijk te zijn."



Schriftlezingen van deze zondag



5e ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD


EERSTE LEZING Jer., 31, 31-34
Uit de Profeet Jeremia

Er komt een tijd - godsspraak van de Heer- dat Ik met Israël een nieuw verbond sluit. Geen verbond zoals Ik met hun voorvaderen gesloten heb, toen Ik hen bij de hand heb genomen om hen uit Egypte te leiden. Want dat verbond hebben zij verbroken, ofschoon Ik hun meester was - godsspraak van de Heer -. Dit is het nieuwe verbond dat Ik in de toekomst met Israël sluit: Ik leg mijn wet in hun binnenste, Ik grif ze in hun hart. Ik zal hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn. Dan hoeft niemand een ander nog voor te houden: leer de Heer kennen. Want iedereen, groot en klein kent Mij dan - godsspraak van de Heer -. Dan vergeef Ik hun misstappen, Ik denk niet meer aan hun zonden.



TUSSENZANG Ps. 51 (50); 3-4, 12-13, 14-15

REFR: Schep in mij een zuiver hart, mijn God.


God, ontferm U over mij in uw barmhartigheid, delg mijn zondigheid in uw erbarmen. Was mijn schuld volkomen van mij af, reinig mij van al mijn zonden.

Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest. Wil mij niet verstoten van uw Aanschijn, neem uw heilige Geest niet van mij weg.

Geef mij weer de weelde van uw zegen, maak mij sterk in edelmoedigheid. Dan zal ik de dwalenden uw wegen leren, alle schuldigen terugvoeren tot U.


TWEEDE LEZING Hebr., 5, 7-9
Uit de brief aan de Hebreeën

Broeders en zusters, 

In de dagen van het sterfelijk leven heeft Christus onder luid geroep en geween gebeden en smekingen opgedragen aan God die Hem uit de dood kon redden. Om zijn vroomheid is Hij verhoord: hoewel Hij Gods Zoon was heeft Hij in de school van het lijden gehoorzaamheid geleerd; en toen Hij het einde had bereikt is Hij voor allen die Hem gehoorzamen oorzaak geworden van eeuwig heil.



VERS VOOR HET EVANGELIE Joh., 12, 26
Wil iemand Mij dienen dan moet hij Mij volgen, zegt de Heer, waar Ik ben, daar zal ook mijn dienaar zijn.



EVANGELIE Joh., 12, 20-33
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes

Onder degenen die bij gelegenheid van het feest optrokken ter aanbidding waren ook enige Grieken. Deze nu klampten Filippus van Betsaida in Galilea aan en vroegen hem: “Heer, wij zouden Jezus graag spreken.” Filippus ging het aan Andreas vertellen en ten slotte brachten Andreas en Filippus de boodschap aan Jezus over. Jezus echter antwoordde hun: “Het uur is gekomen, dat de Mensenzoon verheerlijkt wordt. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als de graankorrel niet in de aarde valt, blijft hij alleen; maar als hij sterft brengt hij veel vrucht voort. Wie zijn leven bemint verliest het; maar wie zijn leven in deze wereld haat zal het ten eeuwigen leven bewaren. Wil iemand Mij dienen dan moet hij Mij volgen; waar Ik ben, daar zal ook mijn dienaar zijn. Als iemand Mij dient zal de Vader hem eren. Nu is mijn ziel ontroerd. Wat moet Ik zeggen? “Vader, red Mij uit dit uur? “ Maar daarom juist ben Ik tot dit uur gekomen. “Vader, verheerlijk uw Naam.” Toen kwam er een stem vanuit de hemel: “Ik heb Hem verheerlijkt en zal Hem wederom verheerlijken.” Het volk dat er bij stond te luisteren, zei dat het gedonderd had. Anderen zeiden: “Een engel heeft tot Hem gesproken.” Maar Jezus sprak: “Niet om Mij was die stem maar om u. Nu heeft er een oordeel over de wereld plaats, nu zal de vorst dezer wereld worden buitengeworpen; en wanneer Ik van de aarde zal zijn omhooggeheven zal Ik allen tot Mij trekken.” Hiermee duidde Hij aan welke dood Hij zou sterven.


Archief preken