OVERWEGING
Ervaringen
Vrees en angst spelen een rol in het leven van iedere mens. Dingen die wij in onze jeugd hebben meegemaakt, werken vaak een heel leven lang door. Hoe wij zijn en hoe wij de dingen ervaren, hangt niet alleen af van ons karakter, van de mens die we nu eenmaal zijn, maar ook van allerlei dingen die we hebben meegemaakt. En daarbij spelen angstige ervaringen, moeilijke dingen, waar we niet of niet goed over konden praten, die we niet konden verwerken, vaak een rol.
Onder ogen zien
We hebben dan misschien de neiging om dat weg te stoppen, er zo gauw mogelijk overheen te gaan. Gauw over tot de orde van de dag. Toch kan het zeer goed zijn – als we er geestelijk sterk genoeg voor zijn – om er juist wel op in te gaan en eens te kijken waar die gedachten en gevoelens vandaan komen, wanneer en waar die angst begonnen is. Wat waren de stormen in mijn leven? Uit welke hoek waaide die wind?
Flink zijn?
Soms doet het veel pijn als die dingen weer boven komen. Toch helpt het niet als we zomaar tegen onszelf zeggen dat we flink moeten zijn en niet bang moeten wezen, ons niet aan moeten stellen. Dat is een redelijk argument, maar het gevoel van angst en onzekerheid is niet redelijk, niet verstandelijk, dat zit dieper in ons vastgebakken.
Jezelf gaan begrijpen
Hoe vaak gebeurt het bijvoorbeeld niet dat we eigenlijk wel weten met ons verstand dat iets beter is om te doen of om het juist niet te doen, maar dat ons gevoel ons toch een andere kant uittrekt. Ons gevoel zou dan eigenlijk niet het laatste woord moeten hebben, want het is uiteindelijk heel vervelend om een speelbal van je verlangens en emoties te moeten zijn. Je bent dan niet meer vrij. Als we daarentegen onder ogen mogen zien: dit en dat heb ik meegemaakt, daarom heb ik die gevoelens, die angsten, daarom voel ik me daarin zo klein, dan gaan we onszelf beter begrijpen.
Jezelf aanvaarden
Het helpt dus uiteindelijk niet het weg te drukken en over te gaan tot de orde van de dag, of de gevoelens te overschreeuwen met bravoure. Soms hebben mensen het moeilijk met de geboden van God en gaan vreselijk schelden op de Kerk die deze geboden voorhoudt. Toch is dat niet helemaal reëel. Het beste is als we onszelf gewoon aanvaarden, zoals we zijn, ook met onze kleine kanten, ook met wat we niet of niet zo goed kunnen. Niemand is volmaakt en dat hoef je ook niet te zijn; christen-zijn is juist erkennen dat je niet volmaakt bent en met Gods hulp proberen langzamerhand meer op Jezus te lijken. Als je dat laatste opgeeft, dan gaat het niet goed; als het niet zo goed lukt of je bepaalde dingen niet zo goed kunt overwinnen, dan moet je maar veel geduld hebben met jezelf.
Jezelf toevertrouwen
Dus: eerlijk onder ogen zien dat het zo is, dat je bepaalde moeilijkheden en angsten hebt. Dat is het beste. Dat betekent niet dat je daar de hele dag mee bezig moet zijn. Het is juist weleens goed om afleiding te hebben, zodat we er niet in opgesloten raken. Maar wel met je kleine kanten, met je stormen en angsten naar God toe gaan en alles aan Hem toevertrouwen, want we kunnen het niet alleen, maar Hij kan alles stil en vredig in ons maken.
De apostelen in angst
De apostelen zitten bij Jezus in de boot: het is nacht en het stormt, de golven slaan over de boot. Ze zijn bang en meer nog: ze voelen zich door Jezus in de steek gelaten. Het raakt God niet dat zij in moeilijkheden zijn, ze worden angstig en moedeloos. Toch wenden ze zich tot Jezus En dan wordt alles tenslotte volmaakt stil. Die apostelen waren al zo lang bij Jezus, ze hadden allerlei wonderen meegemaakt, veel van Hem geleerd en dag in dag uit waren ze met Hem opgetrokken.
Rustig verder gaan
Als die apostelen er zo mee tobben, is het dan zo verwonderlijk dat je het er ook weleens moeilijk mee hebt en iets niet zo gemakkelijk kunt overwinnen of overgeven? Onze Lieve Heer heeft daar begrip voor, als je maar verder gaat, je tot Hem wendt en het er niet bij laat zitten.
† Jan Hendriks
TWAALFDE ZONDAG DOOR HET JAAR
EERSTE LEZING Job, 38, 1. 8-11
Uit het boek Job
In die tijd begon de Heer, in storm en wind tot Job te spreken: “Waar was je toen de zee haar poorten beukte, onstuimig los wilde breken uit de moederschoot; toen Ik haar kleedde in wolken en hulde in windels van wolkenslierten; toen Ik haar paal en perk stelde, de poort vergrendelde en zei: Tot hier en niet verder, hier breken uw trotse golven?"
TUSSENZANG Ps. 107 (106), 23-24, 25-26, 28-29, 30-31
REFR: Brengt dank aan de Heer, want Hij is goedgunstig, barmhartig is Hij altijd.
Zij scheepten zich in om de zee op te gaan, om handel te drijven over het water. Zij ondervonden de macht van de Heer, zijn grootheid boven de kolkende afgrond.
Hij sprak en er gierde een stormwind aan, die zweepte de golven op; Ze rezen omhoog en zonken weer neer, ze waren verlamd van ontzetting.
Toen riepen zij tot de Heer in hun nood en Hij bevrijdde hen uit hun ellende. Hij deed de storm tot een briesje bedaren en bracht de golven tot rust;
Hij gaf hen kalmte en nieuwe moed en bracht hen in veilige haven. Zij moeten de Heer voor zijn goedheid danken, voor al zijn weldaden jegens de mensen.
TWEEDE LEZING 2Kor.,5, 14-17
Uit de tweede brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Korinte
Broeders en zusters, De liefde van Christus laat ons geen rust sinds wij hebben ingezien dat één is gestorven voor allen. Maar dan zijn allen gestorven! En Hij is voor allen gestorven opdat zij die leven niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem die ter wille van hen is gestorven en verrezen. Daarom beoordelen wij voortaan niemand meer naar de oude maatstaven. En al hebben wij Christus ooit op zulke wijze beoordeeld, dan nu toch niet meer. Zo is dus wie in Christus is een nieuwe schepping: het oude is voorbij, het nieuwe is al gekomen.
ALLELUIA cf. Hand. 16, 14b
Maak ons hart ontvankelijk, Heer, opdat wij de woorden van uw Zoon zouden begrijpen. Alleluia.
EVANGELIE Mc., 4, 35-41
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus
Op een dag tegen het vallen van de avond sprak Jezus tot zijn leerlingen: “Laten we oversteken." Zij stuurden het volk weg en namen Hem mee zoals Hij daar in de boot zat; andere boten begeleidden Hem. Er stak een hevige storm op en de golven sloegen over de boot zodat hij al vol liep. Intussen lag Hij aan de achtersteven op het kussen te slapen. Ze maakten Hem wakker en zeiden Hem: “Meester, raakt het U niet dat wij vergaan?" Hij stond op, richtte zich met dwingend woord tot de wind en sprak tot het water: “Zwijg stil!" De wind ging liggen en het werd volmaakt stil. Hij sprak tot hen: “Waarom zijt gij zo bang? Hoe is het mogelijk dat ge nog geen geloof bezit?" Zij werden door een grote vrees bevangen en vroegen elkaar: “Wie is Hij toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?"
Pastoraal uurtje - iedere maand op donderdagmiddag vanaf januari 2025
Wensenboom vanaf begin december 2024
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave november 2024 is uit
Kerststal in De Vleut opent op 14 december 2024