Kies uw kerk

Preek van de week

Bezinning door het jaar - dertigste zondag door het jaar B - 26 en 27 oktober 2024

OVERWEGING

Hij staat aan de kant
Als Jezus de stad Jericho verlaat, wordt Hij omgeven door een flinke menigte. Jezus is op dat moment
– een beetje oneerbiedig gezegd –
een populaire jongen.
 Dan komen ze langs een arme man, iemand die letterlijk en figuurlijk aan de kant staat (of zit in dit geval).
 Bartimeüs is een blinde 
en een bedelaar
en iedereen loopt aan hem voorbij.
 Hij is dus driemaal uitgesloten:
 Hij kan niet zien,
 hij heeft geen geld,
 hij wordt gepest en mag niet meedoen.

Mensen die geen stem hebben
Dat mensen uitgesloten zijn
 komt ook in onze samenleving voor.
 En de mensen die het meest uitgesloten worden, zijn niet altijd de mensen
 die het meeste van zich laten horen.
 Het feit dat zij zich durven laten horen 
is al een teken
 dat zij toch wel een plaats hebben 
of beginnen te krijgen.
 Er zijn heel veel mensen 
die niet kunnen meedoen 
en die zich niet laten horen, omdat zij geen stem hebben
 of omdat zij niet durven. 
Denk aan kinderen die gepest worden
 en ook volwassenen die treiterijen ondergaan bijvoorbeeld op de werkvloer;
 denk ook aan heel arme mensen, een-ouder-gezinnen zonder inkomen, daklozen, mensen zonder papieren. Als iemand zo assertief wordt dat hij durft te reageren, 
is veel van de uitsluiting 
al overwonnen. Maar velen schamen zich 
of kunnen het niet. 
Zo zijn er mensen die flink in de schulden zitten en daardoor niet kunnen meedoen 
in de maatschappij 
en heel veel mensen zijn erg eenzaam,
 hebben weinig contacten,
 kunnen niet meedoen 
of durven niet mee te doen. En we denken aan de vluchtelingen. Oorlog is een vreselijk iets.
 Als je huis vernietigd is,
 vrienden en familie gedood, je baan verdwenen en je toekomst vernietigd, is er weinig meer om te lachen. Laten we de christenen onder hen niet vergeten. In veel landen worden zij vervolgd
 en als zij vluchten en in “veilige” landen komen, worden zij opgevangen te midden van een moslim-meerderheid, wat voor hen vaak niet gemakkelijk is.

Welkom-cultuur
Misschien voelen we ons allemaal weleens niet zo gewaardeerd, niet zo aanvaard, niet zo gekend of erkend in wie we zijn. Zo moet Bartimeüs het ervaren hebben toen hij daar zat aan de kant van de weg, blind, bedelend, terwijl iedereen aan hem voorbij liep
 en hij er voor hen eigenlijk niet mocht zijn. Toen Jezus in zijn leven kwam,
 veranderde er veel:
 niet alleen werd hij van zijn blindheid genezen, maar hij mocht er bij horen,
 hij werd opgenomen bij de groep van mensen die Jezus volgden.
 Dus de leerlingen van Jezus
 verwelkomden hem.

Hij ging niet aan hem voorbij

Misschien moeten wij dat ook maar doen: laten we ons openen 
voor de nood van anderen,
 voor de velen die het minder hebben dan wij. Aandacht hebben voor anderen, een luisterend oor,
 een hartelijk woord doet al heel veel goed 
en je vergeet je eigen pijn en vragen.
 Laten we dus doen zoals de leerlingen en Jezus in het evangelie van vandaag.
 Jezus hoorde de schreeuw van de blinde man en ging er niet aan voorbij. 
Hij liet hem bij zich roepen,
 Hij nodigde hem uit,
 Hij genas hem, werd zijn vriend. De aandacht die Jezus aan deze man gaf,
 maakte dat ook de andere mensen langs de kant van de weg van houding gingen veranderen.
 Zonet hadden ze de blinde bedelaar
 nog toegesnauwd 
dat die zijn mond moest houden.
 Nu zeggen ze vriendelijk tegen hem: 
“Hou goede moed, Hij roept U, sta op”.

Doen als Jezus
Zo gaat het vaak in de samenleving en dat begint al op school.
 Als een kind gepest wordt 
en een populaire figuur, een soort rolmodel uit de klas
 gaat er niet aan voorbij, 
geeft hem aandacht en wordt zijn vriend,
 dan draaien veel andere kinderen bij 
en zal het pestgedrag verdwijnen.
 En onder de volwassenen is het niet anders.
 Soms gebeurt het dat iedereen iemand links laat liggen totdat een persoon met een zeker gezag 
of een bekende of populaire persoon
 aan die persoon hartelijke aandacht gaat geven. Daardoor hoort die arme mens 
die uitgesloten was, 
er ineens bij.

Onvoorwaardelijke hartelijke aandacht
Het is een christelijke opdracht
 om niemand uit te sluiten
 van een normaal en hartelijk menselijk contact. Daarvoor hoeven we het niet
 met die persoon eens te zijn,
 we hoeven diens keuzes niet te delen.
 Het kan zijn dat we het onverstandig vinden of verkeerd wat die persoon zegt of doet. Maar Jezus is gekomen
 voor tollenaars en zondaars. 
Dat betekent niet dat Jezus zei: "Ga maar je gang,
 Mij maakt het niets uit."
 Het maakte Hem wel veel uit,
 zoveel dat Hij voor de zonden van de mensen een gruwelijke dood is gestorven aan het kruis. En Hij sprak soms duidelijke taal;
 vandaar dat de Farizeeën en de Schriftgeleerden zo op Hem gebeten waren.
 Maar Hij was er voor iedereen,
 Hij zou alle mensen wel 
– zoals een kloek de kuikens –
 onder zijn vleugelen willen verzamelen.
 Hij is als een vader of moeder
 die veel van hun kind houdt.
 Soms mogen die ouders uit liefde voor hun kind iets zeggen dat streng klinkt,
 een op- of aanmerking is.
 Dat is niet erg,
 dat is soms goed 
als dat kind de liefde maar mag blijven ervaren.

Roep hem eens hier
Zoals de Heer er is voor iedereen,
 in het bijzonder voor wie uitgestoten is, niet meetelt, aan de kant staat
 en juist gekomen is om het leven te delen van wie gemarginaliseerd is, niet meetelt, zo zijn ook wij geroepen 
de uitgeslotene, de mens in de marge weer mee te laten tellen,
 in liefde aan te nemen. 
Ook wijzelf zijn eigenlijk bedelaars, helemaal afhankelijk
van de goedheid van God,
 wij zijn uiteindelijk totaal afhankelijk van Gods goede gaven,
 we hebben niets in eigen hand.
 Maar God heeft ook tot ons gezegd: “Roep hem/haar eens hier”
 en: “Ga, uw geloof heeft u genezen”. Hij heeft ons geroepen
 zoals Hij met die blinde bedelaar deed.

Niet ontmoedigd worden
En tenslotte is dit evangelie
 ook een uitnodiging om vol te houden,
 ons niet te laten ontmoedigen.
 Wie weet hoe lang die bedelaar daar al zat,
 daar bij de poorten van Jericho? 
En waarom was hem dat overkomen
 dat hij blind was, niet kon zien?
 En de mensen om hem heen
 snauwden hem toe dat hij moest zwijgen.
 Ach, er was zo veel dat hem kon ontmoedigen, waardoor hij treurig en terneergeslagen 
af zou kunnen haken. 
Maar stel je voor dat hij dat had gedaan,
 dat hij er niet had gezeten die dag, 
of dat hij inderdaad maar zijn mond had gehouden en niets had gezegd, 
dan had hij Jezus niet ontmoet
 en was alles bij het oude gebleven. Dus, verlies de moed niet,
 laat je niet afschrikken,
 maar blijf volharden en roepen, blijf bidden en smeken: 
op een dag komt de Heer langs, zal Hij je roepen,
 dan heeft het volhardende geloof en vertrouwen genezing gebracht.

Bron: https://kloostermagazine.nl/30... bewerkt TS



Schriftlezingen van deze zondag



DERTIGSTE  ZONDAG DOOR HET JAAR

EERSTE LEZING Jer., 31, 7-9

Uit de Profeet Jeremia


Dit zegt de Heer: “Jubel van vreugde om Jakob, juich om de heerser der volken; bazuin het rond, prijs God en zeg: de Heer heeft redding gebracht aan zijn volk, aan de rest van Israël. “ Ik haal hen terug uit het noorden, van het einde der aarde breng ik hen bijeen, ook de blinden en lammen, de zwangere en barende vrouwen. In dichte drommen keren zij terug. In tranen gingen ze heen; getroost leid Ik hen terug. Ik voer hen naar stromende beken over gebaande wegen waarop ze niet struikelen. “Ik ben toch Israels vader, en Efraïm is mijn eerstgeborene."


TUSSENZANG Ps. 126 (125), 1-2ab, 2cd-3, 4-5, 6

REFR: Geweldig was het wat de Heer ons deed, daarom zijn wij zo blij.


De Heer bracht Sions ballingen terug: het was alsof wij droomden. Toen lachten alle monden en juichte elke tong.

Toen zei men bij de volken: geweldig is het wat de Heer hen deed. Geweldig was het wat de Heer ons deed; daarom zijn wij zo blij.

Keer nu ons lot ten goede, Heer, zoals een beek doet in de Zuid-woestijn. Die onder tranen zaaien, zij oogsten met gejuich.

Vol zorgen gaan zij uit met zaaizakken beladen; Maar keren zingend weer beladen met hun schoven.


TWEEDE LEZING Hebr., 5, 1-6

Uit de brief aan de Hebreeën


Broeders en zusters, Want elke hogepriester wordt genomen uit de mensen en aangesteld voor de mensen om hen te vertegenwoordigen bij God en om gaven en offers op te dragen voor de zonden. Hij is in staat onwetenden en dwalenden geduldig te verdragen daar hij ook zelf aan zwakheid onderhevig is; daarom moet hij als hij offers voor de zonden opdraagt, even goed aan zijn eigen zonden denken als aan die van het hele volk. En niemand ken zich die waardigheid aanmatigen: men moet evenals Aäron door God geroepen worden. Ook Christus heeft zichzelf niet de eer van het hogepriesterschap toegekend; dat heeft God gedaan die Hem zei: “Gij zijt mijn zoon, Ik heb u heden verwekt." En elders zegt hij: “Gij zijt priester voor eeuwig, op de wijze van Melchisedek."


ALLELUIA Joh., 14, 23

Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord onderhouden; Mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen. Alleluia.



EVANGELIE Mc., 10, 46-52

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus


In die tijd kwam Jezus vergezeld van zijn leerlingen in Jericho. Maar toen ze, vergezeld van een flinke menigte, weer uit Jericho wegtrokken, zat een blinde bedelaar langs de weg, Bartimeus, de zoon van Timeus.  Zodra hij hoorde dat het Jezus de Nazarener was, begon hij luidkeels te roepen: “Jezus, Zoon van David, heb medelijden met mij!" Velen snauwden hem toe te zwijgen, maar hij riep nog veel harder: “Zoon van David, heb medelijden met mij!" Jezus bleef staan en zei: “Roept hem eens hier." Ze riepen de blinde toe: “Heb goede moed! Sta op, Hij roept u." Hij wierp zijn mantel af, sprong overeind en kwam naar Jezus toe. Jezus vroeg hem: “Wat wilt ge dat Ik voor u doe?" De blinde antwoordde Hem: “Rabboeni, maak dat ik zien kan!" En Jezus sprak tot hem: “Ga, uw geloof heeft u genezen." Terstond kon hij zien en hij sloot zich bij Hem aan op zijn tocht.

Archief preken