Kies uw kerk

Preek van de week

2020-03-08. Van stervensweg naar levensweg

Preek 2de zondag in de veertigdagentijd 2017, A

 

Eerste lezing: Genesis 12, 1-4a

Evangelie: Mattheüs 17, 1-9

De meesten van ons zullen wel eens een bergervaring hebben gehad. Ik bedoel dan niet de Vaalserberg in Nederland, maar een echte berg ergens in de wereld. Op de top van een berg heb je frisse lucht, een stevige wind en spectaculaire vergezichten. Sommige mensen praten zelfs van een godsdienstige ervaring na het beklimmen van een hoge berg.

Was dat ook de ervaring van die drie apostelen Petrus, Jakobus en Johannes, toen zij boven op die ook niet zo hoge berg met Jezus waren? Bovendien kregen ze daar, alsof het nog niet voldoende was om met Hem op een berg te zijn, de ervaring van de gedaanteverandering! Het is een dramatisch verhaal.

Petrus wil graag op de berg blijven! Wie niet? We willen toch allemaal een bijzondere ervaring in ons leven zo lang mogelijk vasthouden. Maar daar zit het probleem niet.

Een mens heeft in zijn leven minstens drie dingen nodig: - een houvast, een rots waarop je leven rust, - een uitzicht of perspectief, waarop je je richten kunt, - of een visioen, en een beetje warme genegenheid, die je hart verblijden kan. Je zou het kunnen samenvatten in drie woorden: geloof, hoop en liefde.

Mattheus 17, 1-9

Mattheus 17, 1-9

Maar het kan je overkomen, ja, het zál je vroeg of laat overkomen, dat de rots waarop je steunt, wankelt en je je houvast dreigt te verliezen. Je vertrouwde Gods-, wereld-, mens- en kerkbeeld dragen je niet meer. Er is zoveel veranderd en die veranderingen ondermijnen je houvast.
Ook het perspectief zal onder bepaalde omstandigheden vervagen. Lijden, pijn, verlies, stress, een druk, een last, die niet meer te verdragen is, kunnen je het zicht op een toekomst ontnemen en je hoop doen wankelen.
Er kan kilte komen in je relaties, waaraan je je vreugde en geluk ontleende en die de warmte en je energie doen wegvloeien. De dag verkeert in de nacht. Geen mens ontkomt eraan, ook Jezus, die menselijke mens bij uitstek, niet.

Daarom mag Petrus niet op de berg blijven. Omdat hij en wij in ons leven niet altijd op een berg zitten, maar te vaak in een diep dal. Zoals in alle evangelieverhalen is de context van de gedaanteverandering belangrijk. Die openbaring op de berg vindt plaats vlak nadat Petrus heeft geprobeerd Jezus van zijn stervensweg af te houden en vlak voor het moment dat Jezus op zijn levensweg gaat naar Jeruzalem.

Om over na te denken. Jezus en zijn leerlingen staan op een tweesprong in hun leven. Ook wij staan geregeld voor keuzes die we moeten maken. Wie helpt mij bij mijn keuze, wie houdt mij tegen? Wie geeft mij inzicht en goede raad? Wie belemmert mijn uitzicht en verduistert mijn gedachten? Een mooie bergervaring kan ieder van ons helpen om verder te gaan en de moed te vinden opnieuw haar of zijn taak op zich te nemen. Wie dat durft en doet, zal ondervinden dat de weg die is ingeslagen geen stervensweg, maar een levensweg is.

 

Amen

Afbeelding: Christus leidt apostelen naar de berg Tabor

        Door: Lorenzo Lotto (1480 - 1556)

Afmetingen: 26.5x57.5 cm

Techniek: olieverf op doek

Datum: 1511 - 1512

Te bezichtigen in: Het staats museum De Hermitage, Sint Petersburg, Rusland

Gebouw: De Grote (Oude) Hermitage, zaal 217

Genesis 12, 1-4a

        De roeping van Abram
De Heer zei tegen Abram: ‘Trek weg uit uw land, uw stam en ouderlijk huis, naar het land dat Ik u zal aanwijzen. Ik zal een groot volk van u maken. Ik zal u zegenen en uw naam groot maken, zodat u een zegen zult zijn. Ik zal degenen zegenen die u zegenen, maar degene die u verwenst zal Ik vervloeken. Om u zullen alle geslachten op aarde zich gezegend noemen.’ Toen ging Abram weg, zoals de Heer hem had opgedragen, en Lot ging met hem mee.

Mattheüs 17, 1-9

        Jezus met Mozes en Elia
Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en diens broer Johannes met zich mee een hoge berg op, waar Hij met hen alleen was. Voor hun ogen veranderde Hij van gedaante. Zijn gezicht ging stralen als de zon en zijn kleren werden wit als licht. Opeens verschenen hun Mozes en Elia, in gesprek met Hem. Petrus zei daarop tegen Jezus: ‘Heer, het is maar goed dat wij hier zijn. Als U wilt, zal ik hier drie hutten maken, voor U een en voor Mozes een en voor Elia een.’ Hij was nog niet uitgesproken of daar kwam een lichtende wolk die hen overdekte, en opeens klonk er een stem uit die wolk: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in wie Ik vreugde vind. Luister naar Hem.’ Toen de leerlingen dat hoorden, wierpen ze zich op de grond en werden ze vreselijk bang. Jezus kwam naar hen toe, raakte hen aan en zei: ‘Sta op en wees niet bang.’ Toen ze hun ogen opsloegen, zagen ze niemand meer dan Jezus alleen. Terwijl ze van de berg afdaalden, gebood Jezus hun: ‘Vertel niemand van dit visioen voordat de Mensenzoon uit de doden is opgewekt.’

Archief preken