Kies uw kerk

Preek van de week

2022-09-25. Ieder naar eigen vermogen

26ste zondag door het jaar, C

          
Eerste lezing: Amos 6, 1-7
          Evangelie : Lucas 16, 19-31 

De woorden van de profeet Amos en Jezus zijn niet vriendelijk voor al die rijken en werkgevers, die presidenten en machthebbers, die vooral uit zijn op eigen gewin. Hiermee wordt de trend doorgezet, die verledenweek is ingezet. Rijken en machthebbers, hoe komen jullie aan jullie rijkdom en macht? En: rijken en machthebbers, wat doen jullie met jullie werknemers en landgenoten? Ook de lezingen van vandaag zijn één grote aanklacht tegen alle mistanden die er bestaan in ons land, in onze wereld.

Het is één grote oproep om het in de toekomst anders te gaan doen. Hoe anders was de toon van de woorden van de aartsbisschop van Canterbury, Justin Welby. Hij zei bij de uitvaart van koning Elisabeth II: “Het patroon voor vele leiders is verheven worden in leven en vergeten worden na de dood. Zij die dienen zullen geliefd en herinnerd worden, terwijl zij die zich vastklampen aan macht en privileges allang vergeten zijn. Elizabeth zei op haar 21ste verjaardag dat ze haar hele leven het land en de Gemenebest zou dienen. Zelden is een belofte zo goed gehouden. Weinig leiders ontvingen zo’n overvloed aan liefde.” Tot zover de woorden van de aartsbisschop.

Toch schuilt er een gevaar in de lezingen van vandaag, dat we ze heel moraliserend kunnen opvatten. Als we de teksten eenzijdig lezen, dan is de arme mens de goede mens, en de rijke mens de slechte mens. Maar gaat het wel om zo'n versimpeling?

Het is veelzeggend dat de rijke uit de evangelietekst geen naam heeft. In tegenstelling tot de gestorven bedelaar die aan Abrahams zijde rust. Zijn naam is Lazarus. Wat betekent: God heeft geholpen. De rijke man in het dodenrijk is naamloos, want hij is niet tot werkelijk bestaan gekomen. Hij heeft geen bestaan voor Gods oog en verkeert daardoor bij leven al in het Niemandsland. Wie alleen zijn eigen belang dient, alleen met zichzelf bezig is, is afgesneden van het Godsrijk. Hij kijkt in de spiegel en ziet alleen zijn eigen gezicht. Wie zo'n beperkt blikveld heeft, merkt degenen die in nood verkeren niet op. En kent hun namen niet. 

De rijke man en de arme Lazarus

De rijke man en de arme Lazarus

Net zoals de rijke uit het evangelie de bedelaar bij zijn huis niet eens opmerkte. Hij zag niet dat het gezicht van Lazarus net zo´n menselijk gezicht was als dat van hemzelf. Hij heeft misschien wel eens een vluchtige gedachte gehad: O ja, Lazarus. God helpt hem wel. Hij besteedt de verantwoordelijkheid voor zijn medemens uit aan een verre God.

Om te besluiten. Jezus geeft ons allen vandaag een opdracht: Doe wat Wet en profeten je voor houden. Het doen van de Wet en de profeten begint met het centrale gebod: Jij zult God liefhebben met heel je hart, je kracht en je verstand, en je naaste als jezelf. De boodschap is dat arm en rijk, ook een koningin, naar dit gebod kunnen handelen. Ieder naar eigen vermogen.

          Amen

Afbeelding: De rijke man en de arme Lazarus

Door: Hendrick ter Brugghen (1588 - ca 1629)
          Datum: ca. 1625
          Afmetingen: 160,0 x 207,5 cm
          Techniek: Olieverf op doek
          Locatie: Centraal Museum, Utrecht


De rijke man en de arme Lazarus behoort tot de grote historiestukken die Ter Brugghen in zijn laatste Utrechtse jaren schilderde. De periode kenmerkt zich door sterke licht-donker contrasten, grote, massieve en driedimensionale vormen en sombere, ongebroken kleuren. Om de compositie meer ruimte te geven in het beeldvlak is op een later moment aan de bovenzijde een strook toegevoegd van ongeveer dertig centimeter.

Volgens sommigen staat de rijke man voor de joodse geestelijke leiders. Purperen gewaden werden in Jezus' tijd gedragen door koningen, fijn linnen door priesters. Met de honden die de zweren likken zouden de heidense buurvolkeren bedoeld worden (honden worden door joden als onrein beschouwd).

Amos 6, 1. 4-7

Wee u, zorgelozen in Sion, zelfverzekerden op de berg van Samaria; notabelen van dat weergaloze volk, tot wie het huis Israël zich wendt.
Zij liggen op ivoren bedden en strekken zich uit op hun rustbanken; zij eten de lammeren van de kudde en de kalveren uit de stal op; zij verzinnen liederen bij het getokkel van de harp en denken dat hun instrument dat van David evenaart; zij drinken wijn uit brede schalen en zalven zich met de beste olie, maar om de ondergang van Jozef treuren ze niet. Daarom gaan nu zij als eersten in ballingschap, en is het gedaan met de feesten van hen die daar lui liggen uitgestrekt.

Evangelie: Lucas 16, 19-31

Lazarus en een rijke man
Er was een rijk man, die gekleed ging in purper en het fijnste linnen, en elke dag uitbundig feestvierde. Aan zijn poort lag een zekere Lazarus; hij was arm en zat onder de zweren. Hij had graag zijn honger gestild met wat er van de tafel van de rijke op de grond viel, maar nee, de honden kwamen en likten aan zijn zweren. Toen kwam de arme te sterven; de engelen droegen hem in de schoot van Abraham.
Ook de rijke stierf, en werd begraven. In het dodenrijk sloeg hij gekweld door pijn zijn ogen op en zag van verre Abraham met Lazarus in zijn schoot. “Vader Abraham,”? riep hij, “heb medelijden met me; stuur Lazarus om de toppen van zijn vingers nat te maken met water, en er mijn tong mee te verkoelen, want ik lijd hevig in dit vuur.”? Maar Abraham zei: “Kind, vergeet niet dat jij het heel je leven goed hebt gehad en Lazarus altijd slecht; nu wordt hij hier getroost, en jij lijdt pijn. Bovendien, er gaapt tussen ons en jullie een diepe kloof; al zou iemand van hier naar jullie willen oversteken, hij zou het niet kunnen; evenmin kan iemand van daar naar ons komen.”? Maar de rijke zei: “Dan, vader, vraag ik u hem naar mijn ouderlijk huis te sturen, want ik heb nog vijf broers. Laat hij hen gaan waarschuwen, zodat zij niet eveneens terechtkomen in dit oord van pijn.”? Maar Abraham zei: “Ze hebben Mozes en de Profeten; daar moeten ze naar luisteren.”?
Maar hij zei: “Nee, vader Abraham, als iemand van de doden naar hen toe komt, dan zullen zij zich bekeren.”? Maar Abraham antwoordde: “Als ze niet naar Mozes en de Profeten luisteren, dan zullen ze zich ook niet laten overtuigen als iemand uit de doden opstaat.”? 

Archief preken