Kies uw kerk

Preek van de week

2021-11-28. Wij allen zijn sluimerende Godskinderen.

Preek 1ste zondag van de advent, C

          
Eerste lezing: Jeremia 33, 14-16
          
Evangelie: Lucas 21, 25-28. 34-36

Sommige mensen zeggen dat ze niet of niet meer in God geloven, vaak zeggen ze dat op grond van een bepaald godsbeeld of ervaring. Anderen zijn verslaafd aan één bepaald godsbeeld. Daartussen in heb je een zeer grote groep waarbij hun godsbeeld verandert op bepaalde tijden. Zij zeggen dat ze met hun tijd meegroeien en hun godsbeeld steeds meegroeit.

 Dat zwerven en steeds weer kiezen hoort bij ons leven en is daarom herkenbaar en vertrouwd. Het kan zelfs een uiting zijn van oprecht geloven. Het blijvend vasthouden aan één enkel godsbeeld is mijns inziens niet goed. Als mens verander je toch door je ervaringen en wat je leert! Want we zijn sluimerende Godskinderen.

In een cyclus van opvallende verhalen vertelt de Bijbel dat wij beeld en gelijkenis zijn van God. Gos is met ons bestaan verweven, of we dat nu erkennen of afwijzen. Het is als met de tekenen van de seizoenen. Als de bladeren van kleur verschieten komt de herfst dichterbij en als ze vallen is de winter in aantocht. Als het nieuwe groen nog verborgen zit in de voller rakende knoppen weten we dat de lente nadert. Het hoogtepunt is de zomer als alles is ontloken en in volle pracht de harten van de mensen verwarmt. We leven ermee, óók als we er weinig of geen acht op slaan. Want we zijn sluimerende Godskinderen.

Lucas 21, 25-28

Lucas 21, 25-28

Wil dit, wat ingeboren is, tot bloei komen, dan moet het worden gevoed. Je kunt ook zeggen, dat we allen geroepen worden te leren luisteren naar de stem die ons roept. Omdat we sluimerende Godskinderen zijn, staat de Bijbel voor ons vol verhalen en oproepen om waakzaam te zijn. Die verhalen zijn vaak de woorden van profeten, die ons waarschuwen niet te verslappen en ons aansporen dat horen naar Gods stem te cultiveren, ons daarin te oefenen en te verdiepen. Vaak wordt deze waakzaamheid verpakt in gelijkenissen, waarin naast de aansporing waakzaam en oplettend te leven, ook de keerzijde wordt aangewezen als we dat niet doen. Namelijk de ontsporing van een samenleving, die in een complete chaos verandert en zichzelf verslindt.

 Vanaf het begin van de kerk heeft de gewoonte bestaan om bij grote feesten als bijvoorbeeld Kerstmis en Pasen, te beginnen met een nachtwake. En zoals we weten hebben juist deze twee feesten ook een tijd van wekenlange voorbereiding: de Advent en de Veertigdagentijd.

Om te besluiten. Om ons goed voor te bereiden op de geboorte van Jezus, hebben we deze morgen één kaars ontstoken in het duister van onze wereld. Iedere zondag neemt dat licht toe en wordt de spanning verhoogd. Zullen we horen? Zullen we zien? Zal nu eindelijk het Licht blijvend doorbreken? Wie zegt dat het wel bij hetzelfde zal blijven, lijdt aan een klein geloof. Niet wij, want wij zijn Godskinderen die hoopvol durven uit te zien naar een nieuwe toekomst.

          Amen

Jeremia 33, 14-16

Ik vervul de belofte
De tijd komt - godsspraak van de Heer - dat Ik de belofte vervul die Ik Israël en Juda gedaan heb. In die dagen, in die tijd schenk Ik David een wettelijke afstammeling die het land rechtvaardig en eerlijk bestuurt. In die dagen wordt Juda gered en is Jeruzalem veilig. En de stad zal heten “De Heer, onze gerechtigheid”?.

Lucas 21, 25-28. 34-36

Toespraak over de val van Jeruzalem en de komst van de Mensenzoon
Er zullen tekenen zijn aan de zon, de maan en de sterren, en op aarde zullen de volken in paniek raken, radeloos door het gebulder van de zee en de golven. De mensen zullen het besterven van schrik en spanning om wat de wereld gaat overkomen, want de hemelse machten zullen wankelen. Dan zullen ze de Mensenzoon met veel macht en heerlijkheid zien komen op een wolk. Als dat gaat gebeuren, sta dan op, recht en fier, want uw verlossing is dichtbij.’
Zorg ervoor dat u niet versuft raakt door de roes van dronkenschap en door de zorgen van het leven, en dat die dag u niet plotseling overvalt als een klapnet. Want hij zal komen over alle bewoners van heel de aarde. Blijf te allen tijde waakzaam en bid dat u de kracht zult hebben om te ontkomen aan alles wat er gaat gebeuren en rechtop te staan voor de Mensenzoon.’

Archief preken