20ste zondag door het jaar, C
Eerste lezing: Jeremia 38, 4-6. 8-10
Evangelie: Lucas. 1, 39-56
Op het hoogtepunt van de oogstmaand viert de kerk in de liturgie het feest van Maria ten Hemelopneming. Is dat nu een historisch feit? We weten het niet, ik stel voor dat we het ook een geheim laten.
Vandaag lazen we het “Magnificat”?. Als we het woord Magnificat horen, hebben we meestal een algemeen beeld voor ogen van een loflied op de almacht van God, die o.a. de machtigen van de troon stoot. Maar wat zien we gemakkelijk over het hoofd? Het gaat in de eerste plaats over twee zwangere vrouwen. Hun leven wordt door die zwangerschap, en het daarop volgend moederschap, enorm beïnvloed. Het is een loflied op God van alle moeders en vaders.
Velen onder u zullen het zich nog kunnen herinneren hoe u zich voelde bij uw zwangerschap. Vrouwen zowel als mannen. Ik denk dat Maria en Elisabeth niet zoveel verschilden van de moeders van toen en nu. Spannend zo’n zwangerschap, wordt het een jongen of een meisje, als het maar gezond is, kleertjes, babykamer, enz. Hoe sommige zwangerschappen en geboorten ook verlopen, veelal wordt er met blijdschap over verteld.
Dat Maria en in feite ook Elisabeth hun vreugde uitzingen in het Magnificat, is dan ook niet zo verwonderlijk. Elisabeth had jarenlang uitgekeken naar de komst van een kind en misschien had ze zich al heel verdrietig neergelegd bij het feit dat ze kinderloos zou blijven. Je kunt je voorstellen hoe blij ze is, als blijkt dat ze toch nog in verwachting is en God daarvoor dankt.
En Maria? Een jong gewoon joods meisje die geen man bekende. Maar, toen bekent werd dat ze zwanger was, moest ze vanwege de schande vluchten. Maria nam de vlucht naar Elisabeth om samen die speciale ervaring van hun zwangerschap te delen.
Het leven van Jezus begint me het loflied van Maria aan God: “Magnificat”?. Maar het leven blijft geen loflied, zoals het leven van elk mens niet alleen over rozen gaat. Als moeder en vele andere moeders, moet Maria ervaren dat haar zoon zijn eigen weg gaat, keuzes maakt die zij niet kan begrijpen en uiteindelijk tijdens haar leven gekruisigd en begraven wordt.
Lucas 1,39-56
Het is niets aparts, niets bijzonders, de conflicten en meningsverschillen tussen de generaties. Wat we vandaag mogen vieren is het beeld van een Moeder die een moeder blijft. Dit onveranderlijke beeld, wordt gebruikt om uit te drukken dat God onze God blijft, wat ons leven ook brengt.
Vandaag vieren we dat Maria met God is gegaan; de weg ten Leven. Laat het ons gegeven zijn de weg van Maria te volgen, naar het Leven toe.
Amen
Door: Peter Paul Rubens (1577 - 1640)
Datum:. 1611 - 1614
Olieverf op doek (421 x 153 cm)
Te bewonderen: O.-L. Vrouwekathedraal, Antwerpen
Het linkerzijpaneel, van een beroemd drieluik van Rubens (zie ook het middenpaneel en het rechterpaneel), laat zien hoe Maria, die in verwachting is, een bezoek brengt aan haar eveneens zwangere nicht Elisabeth, die Johannes de Doper ter wereld zal brengen. De twee vrouwen zijn vergezeld van hun mannen, Jozef en Zacharias.
Dit paneel doet in stijl enigszins Venetiaans aan. Rubens had een lange reis door Italië gemaakt en daar veel indrukken en inspiratie opgedaan. Linker paneel
Jeremia in een put geworpen
De edelen zeiden tegen de koning: ‘Die man moet sterven. Door zo te spreken tast hij het moreel aan van de soldaten die nog in de stad zijn en van de hele bevolking. Die man zoekt niet het welzijn van het volk maar zijn ondergang.’ Koning Sedekia antwoordde: ‘Goed, hij is in uw macht; ik kan niet tegen u op.’ Toen grepen ze Jeremia en wierpen hem in de put van prins Malkia, in het kwartier van de wacht; aan touwen lieten ze hem neer. In de put stond geen water, maar Jeremia zakte weg in de modder.
Ebed-Melek trekt Jeremia uit de put
Een ambtenaar uit het paleis ging naar de koning toe en zei: ‘Heer koning, die mannen hebben een misdaad begaan door de profeet Jeremia in de put te werpen; hij zal daar sterven van honger, want in de stad is al het brood op.’ Daarop gaf de koning de Kusiet Ebed-Melek de opdracht: ‘Neem drie mannen met u mee en haal de profeet Jeremia uit de put, voordat hij sterft.’
Maria bij Elisabet; Maria’s loflied
Na enkele dagen vertrok Maria met spoed naar het bergland, naar een stad van Juda. Zij ging het huis van Zacharias binnen, en begroette Elisabet. Meteen toen Elisabet de begroeting van Maria hoorde, sprong het kind op in haar schoot. Elisabet werd vervuld met heilige Geest. Ze riep met luide stem: ‘Gezegend ben jij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot. Waar heb ik het aan te danken dat de moeder van mijn Heer bij mij komt? Op het moment dat je groet mij in de oren klonk, sprong het kind van blijdschap op in mijn schoot. Gelukkige vrouw, zij die gelooft! Wat haar namens de Heer is gezegd, zal in vervulling gaan.’ Daarop zei Maria:
‘Met heel mijn hart roem ik de Heer,
Met al mijn adem juich ik om God, mijn redder;
want Hij heeft omgezien naar zijn dienares in haar geringheid. Voortaan prijzen alle generaties mij gelukkig,
want grote dingen heeft de Machtige met mij gedaan. Heilig is zijn naam,
barmhartig is Hij, iedere generatie weer, voor wie Hem eerbiedigen.
Hij heeft de kracht van zijn arm getoond, wie zich verheven waanden, heeft Hij uiteengeslagen.
Machthebbers heeft Hij van hun troon gehaald, geringen gaf Hij een hoge plaats.
Hongerigen overlaadde Hij met het beste, rijken heeft Hij met lege handen weggestuurd.
Hij heeft het opgenomen voor Israël, zijn knecht, indachtig de barmhartigheid die Hij,
zoals aan onze vaderen toegezegd, bewijzen wil aan Abraham en zijn nageslacht, voor eeuwig.’
Maria bleef ongeveer drie maanden bij haar; toen keerde ze naar huis terug.
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave november 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal