Kies uw kerk

Preek van de week

2022-03-20. Het heeft altijd zin

Preek 3de zondag in de veertigdagentijd 2022, C
          
Eerste lezing: Exodus 3, 1-8a. 13-15
          
Evangelie: Lucas 13, 1-9


De lezingen van vandaag zijn meer dan actueel. In de eerste lezing heeft God het gekerm en geklaag van het Joodse volk in Egypte gehoord. Niemand doet iets om dit volk te bevrijden en dus grijpt God zelf in. God nodigt Mozes uit namens Hem het volk te gaan bevrijden. Voordat het zo ver kan zijn, mag Mozes leren wat heilig is en wie God is. 

De grond waarop Mozes staat, het beeld van de mens, is heilig. Als teken van eerbied moet Mozes zijn schoenen uittrekken. Dit is de reden waarom aanranding en verkrachting door ons terecht zwaar wordt aangerekend. Door de inval in Oekraïne, wordt het land, het volk met voeten getreden. Er is geen eerbied, geen respect voor wat in Gods ogen zo heilig is.

De brandende braamstruik die niet verbrand, is het symbool van de menselijke geest, de liefde. Je brandt, je gloeit; maar je verbrandt niet. In die geest wordt Godsnaam geopenbaard. Mozes krijgt van God diens naam te horen: “Ik ben er altijd voor jou en Ik zal er altijd voor jou zijn”. Als dat geen liefde is!

Ruim twee weken wordt er in Oekraïne heilige grond met voeten getreden. Het volk vecht of vlucht. In de tijd van Jezus zou het geduid worden als een straf van God. Jezus daagt zijn toehoorders uit om hun blik te veranderen. In plaats van te geloven in de schuld van de slachtoffers, moeten we naar onszelf kijken en de gevolgen van onze eigen daden in ogenschouw nemen

Lucas 13, 6-19

Lucas 13, 6-19

Ik kan wel een lijst opstellen van gevolgen van zonde op ons leven. Als we onverschillig zijn voor het lijden van anderen, hoe kunnen onze harten dan een warme, liefdevolle relatie opbouwen? Als we liegen of de waarheid verdraaien in ons voordeel, wie zullen ons dan nog vertrouwen en zin hebben om hun leven met ons te delen? Als we alleen maar werken voor onze eigen winst en vooruitgang, wat voor kans hebben we om het vertrouwen van onze medewerkers te verdienen? Als we moeilijke situaties op willen lossen met gewelddadige acties of beledigende woorden, wie wil dan nog energie en tijd stoppen in een vriendschap? Als ons land vele malen meer besteedt aan wapens dan aan het onderwijs, gezondheidszorg en de behoeften van de armste burgers, hoe kunnen we dan vooruitgaan en de toekomst goed maken als gewetensvolle burgers.

In een prachtig beeld maakt Jezus vervolgens duidelijk wat inkeer betekent. We horen van een vijgenboom, beeld van Gods volk, levert enkel bladeren, zoals alle planten doen die het te goed hebben en verwend worden. “Hak hem maar om”, zegt de eigenaar. Maar de wijngaardenier, waarin we Jezus herkennen, doet dit niet. De vijgenboom krijgt een nieuwe kans. In dit beeld wordt de ernst van onze situatie duidelijk gemaakt. Tegelijk wordt zichtbaar Jezus' en dus Gods grote liefde voor mensen. God is barmhartig, als mensen in de fout zijn gegaan.

Om te besluiten. Wees er, hier en nu, te midden van en voor mensen, zoals God tegen Mozes zei, aanwezig te zijn bij zijn volk dat lijdt. Gods Koninkrijk is inderdaad aangebroken wanneer we ons land en onze huizen openzetten voor mensen op de vlucht. Dat is vruchten dragen en niet in enkel bladeren verloren gaan

 

Amen.

Afbeelding: Gelijkenis van de onvruchtbare vijgenboom

Kunstenaar: Jan Luyken

Techniek: Etsen

Afmetingen: 251 mm ?? 196 mm

Datum: 1708

Te bezichtigen in het Rijksmuseum (Amsterdam, Nederland)

Exodus 3, 1-8a. 13-15

Roeping van Mozes
Mozes hoedde de kudde van zijn schoonvader Jetro, de priester van Midjan. Eens dreef hij de kudde tot ver in de woestijn en kwam hij bij de berg van God, de Horeb. Toen verscheen hem de engel van de heer, in een vuur dat opvlamde uit een doornstruik. Mozes keek toe en zag dat de doornstruik in lichterlaaie stond en toch niet verbrandde. Hij dacht: ‘Ik ga eropaf om dat vreemde verschijnsel te onderzoeken. Hoe komt het dat die doornstruik niet verbrandt?’ De heer zag hem naderbij komen om te kijken. En vanuit de doornstruik riep God hem toe: ‘Mozes, Mozes.’ Hij antwoordde: ‘Hier ben ik.’ Toen sprak de heer: ‘Kom niet dichterbij en doe uw sandalen uit, want de plaats waar u staat is heilige grond.’ En Hij vervolgde: ‘Ik ben de God van uw vaderen, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.’ Mozes bedekte zijn gezicht, want hij durfde niet naar God op te zien. De heer sprak: ‘Ik heb de ellende van mijn volk in Egypte gezien, de jammerklachten over hun onderdrukkers gehoord; Ik ken hun lijden. Ik ben afgedaald om hen te bevrijden uit de macht van Egypte, om hen weg te leiden uit dit land, naar een land dat goed en ruim is, een land dat overvloeit van melk en honing,
Maar Mozes sprak opnieuw tot God: ‘Als ik nu bij de Israëlieten kom en hun zeg: “De God van uw vaderen zendt mij naar u”?, en zij vragen: “Hoe is zijn naam?”? Wat moet ik dan antwoorden?’ Toen sprak God tot Mozes: ‘Ik ben die er is.’ En Hij zei: ‘Dit moet u de Israëlieten zeggen: “Hij die er is zendt mij naar u.”? ’ Bovendien zei God tegen Mozes: ‘Dit moet u tegen de Israëlieten zeggen: De heer, de God van uw vaderen, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob, heeft mij naar u gezonden. Dit is mijn naam voor altijd. Zo moet men Mij aanspreken, door alle generaties heen.

Lucas 13, 1-9

Gelijkenis van een vijgenboom zonder vruchten
Op dat ogenblik kwamen er mensen bij Hem met het bericht over de Galileeërs van wie Pilatus het bloed met dat van hun offerdieren had vermengd. Hij zei daarop: ‘Denkt u dat deze Galileeërs grotere zondaars zijn geweest dan alle andere Galileeërs, omdat hun dit is overkomen? Geen sprake van. Maar als u zich niet bekeert, zult u allemaal, net als zij, omkomen. Of die achttien die gedood werden toen de Siloam-toren instortte, denkt u dat zij schuldiger zijn geweest dan alle andere inwoners van Jeruzalem? Geen sprake van. Maar als u zich niet bekeert, zult u allemaal, net als zij, omkomen.’ Hij vertelde deze gelijkenis: ‘Iemand had in zijn wijngaard een vijgenboom staan. Hij kwam kijken of er vruchten aan zaten, maar vond er geen. Toen zei hij tegen de wijngaardenier: “Dit is nu al het derde jaar dat ik kom kijken of er aan deze vijgenboom vruchten zitten, en er geen vind. Hak hem maar om. Waarom zou hij de grond nog verder in beslag nemen?”? De wijngaardenier antwoordde: “Mijnheer, laat hem dit jaar nog staan, zodat ik de grond eromheen kan omspitten en bemesten. Wie weet draagt hij dan volgend jaar vrucht. Zo niet, hak hem dan maar om.”? ’

Archief preken