Kies uw kerk

Preek van de week

2020-09-13. Naar 'jezelf' kijken

Preek 24ste zondag van het jaar, A

 

Eerste lezing: Jezus Sirach 27, 30 - 28, 7

Evangelie: Matteüs 18, 21-35

Vandaag hebben we twee stevige lezingen gehoord die er niet om liegen. Tegelijk zijn ze ook een open deur, want eigenlijk weten we wel hoe of het zit en wat er aan een relatie schort.

In de eerste lezing hoorden we: ‘Wrok en gramschap zijn iets afschuwelijks, alleen een zondaar blijft ermee lopen.’ Het komt uit het diepst van het hart van de schrijver. De schrijver vertelt over zijn lijden omdat er geen vergeving mogelijk is. De zondaar is hier de mens die niet wil vergeven. De ander geen ruimte gunt, geen nieuwe toekomst. De vraag komt op: “Wil ik zo’n mens zijn?”

In de taal van de Bijbel hebben getallen altijd een bijzondere betekenis. In het scheppingsverhaal horen wij dat de aarde in zeven dagen geschapen is, want zeven staat voor de dagen van de week. De week is als het ware de meeteenheid van ons leven; het tekent de menselijke maat. Op de zevende dag, de sabbat, moet de mens gedenken waartoe de aarde geschapen is en dat de mens geroepen is om voor elkaar zo goed te zijn als God het is voor ons.

Mattheus 18, 21-35

Mattheus 18, 21-35

Vandaag horen wij Jezus tegen Petrus zeggen, dat wij elkaar zeventig maal zevenmaal moeten vergeven! Ook hier horen wij weer dat getal ‘zeven’ terug. Wij mogen daaruit opmaken dat vergeven iets is dat behoort bij de maat van de mens, zoals het ritme van de zeven dagen. Ons leven zal getekend moeten zijn door vergeving. Wat wil dat zeggen?

Om die cirkel van kwaad en vergelding te doorbreken horen wij Jezus tot Petrus zeggen dat het tienvoud van zeven keer moet vergeven! Wat kan dat betekenen?

Het getal 10 in de Bijbel verwijst naar God. In het scheppings-lied horen wij tot tienmaal zeggen dat God zag dat het goed is. Hij heeft de wereld bedoeld om ‘goed’ te zijn, in orde, dat de aarde, mensen, dieren en dingen hun rechtmatige plaats hebben en op elkaar afgestemd zouden zijn.

 Mensen die elkaar over en weer vergeven zijn mensen die beseffen dat zij maar al te vaak niet beantwoorden aan het beeld dat God van de mens heeft. Om het met andere woorden te zeggen: dat wij de roeping hebben om voor elkaar een broeder en zuster te zijn. Helaas zijn te velen dit vergeten.

Om over na te denken. Wat zou onze wereld er anders uitzien als wij weer zouden gaan beseffen dat wij allemaal kwetsbare mensen zijn die elkaar broodnodig hebben om gelukkig te kunnen leven. Als wij elkaar het tienvoud van zeven maal moeten vergeven, dan horen wij in die opdracht dat vergeven van Godswege de levenswet is en hoort bij ons dagelijks leven. Wie van vergeven weet beseft dat ieder mens nood heeft aan vergeving. Niet een keer, maar zeventig maal zevenmaal om opnieuw geboren te kunnen worden!

 

Amen

Jezus Sirach 27, 30 - 28, 7

        Vergiffenis
Ook wrok en gramschap zijn iets afschuwelijks: alleen een zondaar blijft ermee lopen. Wie wraak neemt, zal de wraak van de Heer voelen: Hij zag zijn zonden nooit uit het oog verliezen. Vergeef uw naaste zijn onrecht: dan worden, wanneer gij erom bidt, uw eigen zonden kwijtgescholden. Kan een mens, die tegenover een medemens in zijn gramschap volhardt, bij de Heer zijn heil komen zoeken? Kan hij, die onverbiddelijk is voor zijn evenmens, om vergeving bidden voor zijn eigen zonden? Als iemand, die zelf maar een mens is, in zijn wrok volhardt, wie zal dan verzoening bewerken voor zijn zonden? Denk aan het einde en houd op met haten; denk aan de ondergang en de dood en houd u aan de geboden. Denk aan de geboden en wrok niet tegen uw naaste; denk aan het verbond met de Allerhoogste en zie door de vingers wat maar onwetendheid is.

Evangelie: Matteüs 18, 21-35

        Gebed en vergevingsgezindheid
Toen kwam Petrus naar Jezis toe en sprak: “Heer, als mijn broeder tegen mij misdoet, hoe dikwijls moet ik hem dan vergeven? Tot zevenmaal toe?”? Jezus antwoordde hem: “Neen, zeg Ik u, niet tot zevenmaal toe, maar tot zeventigmaal zevenmaal. Daarom gelijkt het Rijk der hemelen op een koning die rekening en verantwoording wilde vragen aan zijn dienaren. Toen hij hiermee begon, bracht men iemand bij hem die tienduizend talenten schuldig was. Daar hij niets had om te betalen gaf de heer het bevel hem te verkopen met vrouw en kinderen en al wat hij bezat om zo de schuld te vereffenen. De dienaar wierp zich voor hem neer en smeekte: Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. De heer kreeg medelijden met die dienaar, liet hem gaan en schold hem de geleende som kwijt. Maar toen die dienaar buiten kwam, trof hij daar een andere dienaar die hem honderd denariën schuldig was; hij greep hem bij de keel en zei: Betaal wat je schuldig bent. De andere dienaar wierp zich voor hem neer en smeekte: Heb geduld met mij en ik zal u betalen. Maar hij weigerde en liet hem zelfs in de gevangenis zetten, totdat hij zijn schuld zou hebben betaald. Toen nu de overige dienaren zagen wat er gebeurd was, waren zij diep verontwaardigd en gingen hun heer alles vertellen. Daarop liet de heer hem roepen en sprak: Jij lelijke knecht, heel die schuld heb ik je kwijtgescholden, omdat je mij erom gesmeekt hebt. Had jij dan ook geen medelijden moeten hebben met je mededienaar, zoals ik met jou medelijden heb gehad? En in woede boosheid ontstoken leverde zijn heer hem over aan de beulen, totdat hij zijn hele schuld betaald zou hebben. Zo zal ook mijn hemelse Vader met ieder van u handelen, die niet zijn broeder van harte vergiffenis schenkt.”?

Archief preken