Kies uw kerk

Preek van de week

2019-08-18. Met hart en ziel

20ste zondag door het jaar, C
           
Eerste lezing: Apocalyps 11, 19a; 12, 1-6a.10ab
          Evangelie: Lucas. 1, 39-56

Er is veel veranderd in onze Kerk in Nederland en Europa. Wat niet veranderd is, dat Maria nog steeds deel uitmaakt van onze gezinnen en dat geeft haar een totaal uniek menselijk statuut.

Maria is een moeder, een vrouw die net als alle andere moeders en vrouwen goede en kwade dagen heeft gekend. De mooiste van alle dagen waren wellicht de geboorte van Jezus, die meteen bezocht werd door herders en door wijzen uit het Oosten. Dat waren mooie dagen die zoveel moeders kennen bij de geboorte van hun kindje, wanneer familie en vrienden op bezoek komen en mooie woorden spreken.

Maar de mooie dagen van Maria hebben ook een minder mooie kleur, want haar Kind werd niet geboren in zijn veilige thuis, maar in een stal. En die stal moest Maria zelfs ontvluchten, want Herodes wilde haar Kind vermoorden. Net zoals er vroeger en vandaag miljoenen kinderen geboren werden en worden bij moeders op de vlucht voor de wreedheid van heersers, uitbuiters, terroristen en bij moeders zonder heden, die kinderen baren zonder toekomst.

Zoals ze nog zoveel andere dingen heeft meegemaakt waar ze zeker niet gelukkig om was. Volwassen geworden keerde Jezus terug naar zijn geboortestreek. Zijn ouderlijke woonplaats Nazareth ging Hij uitdrukkelijk voorbij om zich in Kafarnaüm te vestigen. Hoe vaak willen kinderen ook vandaag geen contact meer hebben met hun ouders. Hoe vaak worden vaders en moeders genegeerd? Of, zoals Maria op de bruiloft in Kana, waar Jezus haar aansprak met ‘vrouw’, en niet met ‘moeder.’ Of toen ze Hem tijdens een confrontatie met Schriftgeleerden en farizeeën  wilde te ontmoeten. “Uw moeder en uw broers willen u spreken”?, zei een aanwezige, maar Jezus wilde niet ingaan op die vraag. Integendeel, Hij wees naar zijn leerlingen en zei: “Zij zijn mijn moeder en mijn broers”?.

Vreselijk moet het moment geweest zijn voor Maria om te zien hoe haar eigen zoon vernederd en gekruisigd werd. Een vreselijk lot van pijn, wanhoop en ellende dat zoveel moeders en zoveel vaders wereldwijd moeten ondergaan.

Lucas 1,39-56

Lucas 1,39-56

Wat mogen wij meenemen? Alle moeders en vaders die begrip en hulp zoeken kunnen terecht bij Maria, de moeder die het allemaal heeft moeten meemaken, maar die haar moederschap niet opgaf. Maria ten hemel werd opgenomen omdat zij gewoon te goed was om op deze wereld te blijven. Door opgenomen te zijn blijft ze een teken van onuitroeibare hoop in goede en kwade dagen van ons leven, maar ook van ons leven na de dood. Zo mogen wij leven vanuit het geloof dat wij, als ons met hart en ziel inzetten voor onze kinderen en naasten, ook eens ten Hemel worden opgenomen.

 

Amen

Afbeelding: De Visitatie (Kruisafneming - linkerpaneel)

Door: Peter Paul Rubens (1577 - 1640)

Datum:. 1611 - 1614

Olieverf op doek (421 x 153 cm)

Te bewonderen: O.-L. Vrouwekathedraal, Antwerpen

Het linkerzijpaneel, van een beroemd drieluik van Rubens (zie ook het middenpaneel en het rechterpaneel), laat zien hoe Maria, die in verwachting is, een bezoek brengt aan haar eveneens zwangere nicht Elisabeth, die Johannes de Doper ter wereld zal brengen. De twee vrouwen zijn vergezeld van hun mannen, Jozef en Zacharias.

Dit paneel doet in stijl enigszins Venetiaans aan. Rubens had een lange reis door Italië gemaakt en daar veel indrukken en inspiratie opgedaan. Linker paneel

Apocalyps 11, 19a+ 12, 1-6a+10

        De zevende trompet
Toen ging de tempel van God in de hemel open, en de ark van zijn verbond werd zichtbaar in zijn tempel.

De vrouw en de draak
Een groot teken verscheen aan de hemel: een vrouw, omkleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren. Zij was zwanger en schreeuwde in haar weeën en barensnood. Toen verscheen aan de hemel een ander teken: een grote, vuurrode draak. Hij had zeven koppen en tien horens, en op zijn koppen zeven diademen. Zijn staart vaagde een derde deel van de sterren aan de hemel weg en wierp ze op de aarde. De draak stond vóór de vrouw die zou baren, om haar kind te verslinden zodra zij het gebaard had. Zij baarde een kind, een zoon, die alle volken zal weiden met een ijzeren staf. Haar kind werd ijlings weggevoerd naar God en zijn troon. De vrouw vluchtte naar de woestijn, waar God voor haar een plaats had bereid om daar gevoed te worden.
En ik hoorde een stem in de hemel luid roepen: ‘Nu zijn de redding en de macht en het koningschap van onze God gekomen en de heerschappij van zijn Messias, want de aanklager van onze broeders is neergeworpen, hij die hen aanklaagde bij onze God, dag en nacht.

Evangelie: Lucas 1, 39-56

        Maria bij Elisabet; Maria’s loflied
Na enkele dagen vertrok Maria met spoed naar het bergland, naar een stad van Juda. Zij ging het huis van Zacharias binnen, en begroette Elisabet. Meteen toen Elisabet de begroeting van Maria hoorde, sprong het kind op in haar schoot. Elisabet werd vervuld met heilige Geest. Ze riep met luide stem: ‘Gezegend ben jij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot. Waar heb ik het aan te danken dat de moeder van mijn Heer bij mij komt? Op het moment dat je groet mij in de oren klonk, sprong het kind van blijdschap op in mijn schoot. Gelukkige vrouw, zij die gelooft! Wat haar namens de Heer is gezegd, zal in vervulling gaan.’ Daarop zei Maria:

      ‘Met heel mijn hart roem ik de Heer,
      Met al mijn adem juich ik om God, mijn redder;
      want Hij heeft omgezien naar zijn dienares in haar geringheid. Voortaan prijzen alle generaties mij gelukkig,
      want grote dingen heeft de Machtige met mij gedaan. Heilig is zijn naam,
      barmhartig is Hij, iedere generatie weer, voor wie Hem eerbiedigen.
      Hij heeft de kracht van zijn arm getoond, wie zich verheven waanden, heeft Hij uiteengeslagen.
      Machthebbers heeft Hij van hun troon gehaald, geringen gaf Hij een hoge plaats.
      Hongerigen overlaadde Hij met het beste, rijken heeft Hij met lege handen weggestuurd.
      Hij heeft het opgenomen voor Israël, zijn knecht, indachtig de barmhartigheid die Hij,
      zoals aan onze vaderen toegezegd, bewijzen wil aan Abraham en zijn nageslacht, voor eeuwig.’


Maria bleef ongeveer drie maanden bij haar; toen keerde ze naar huis terug.

Archief preken