Preek 25ste zondag van het jaar, A
Eerste lezing: Jesaja 55, 6-9
Evangelie: Matteüs 20, 1-16a
Wat we hoorden, in het evangelie, is een typisch Jezus' verhaal: het laat je niet onberoerd; je wordt er misschien zelfs beroerd van, want het gaat over onze identiteit: wie ieder van ons ten diepste is en wie we denken te zijn.
Er zit soms of moet ik zeggen vaak een groot verschil tussen wie ik ben en wie ik denk of verwacht wordt te zijn. Net als andere gelijkenissen speelt dit verhaal van Jezus in op onze verwachtingen; op onze ambitie: iemand te zijn die zichzelf redden kan, zich niet laat kennen. Het verhaal speelt in op onze relaties tot elkaar en tot God, de rechten en plichten die wij aan deze relaties ontlenen.
‘Loon naar werken’, drukt een vanzelfsprekende verwachting uit, waar de landeigenaar zich niet aan houdt. Als iemand voor een uurtje werken het loon krijgt, waarvoor ik me een dag lang in het zweet heb gewerkt, dan heb ik reden tot mopperen: dit is niet eerlijk, niet rechtvaardig. Van de andere kant: ik kreeg de kans direct aan het werk te gaan en hoefde niet 3, 6, 9 of zelfs 11 uur in onzekerheid te verkeren of een beroep op mij gedaan zou worden, en ik en zij die van mij afhankelijk zijn te eten zouden hebben.
Werken betekent niet alléén, dat je in je levensonderhoud kunt voorzien; werk betekent zoveel meer. Het is een manier om je mogelijkheden te ontplooien en je in te zetten voor de samenleving. Als dit zo is, waarom wordt werk dan zo verschillend gewaardeerd? Met een uur werken verdient de één een salaris waar de ander een week of maand voor moet werken.
Aan werk ontlenen mensen ook status. Niet enkel elkaar, ook God maken we tot een object van werken, verdienen en recht hebben op. Als ik precies doe wat ik denk dat God van mij verwacht, als ik doe wat van mij verwacht wordt, dan heb ik er recht op, dat God naar mij omziet; recht op, dat God voor mij opkomt, recht op, dat God het mij naar mijn zin maakt. Op een milde manier steekt Jezus de draak met deze berekenende wijze van leven.
Jesaja hoorden we al eerder, in de eerste lezing, zeggen, dat God van een totaal andere orde is dan wij mensen denken. "Zoekt de Heer nu Hij zich laat vinden, roept Hem aan nu Hij nabij is."
Mattheus 20, 01-16a
Je hoeft je dus niet uit te sloven, integendeel: uitsloverij, het zelf allemaal uitzoeken en je eigen weg gaan, is een obstakel. Mensen die zich niet uitsloven, of dit niet kunnen, zoals kinderen, zieken, gehandicapten, mensen die niet in tel zijn, vinden juist God. Mensen die helemaal zichzelf, nog helemaal dat cadeautje zijn, dat destijds hun ouders kregen, dragen in zich nog de sporen van de schenker van dit cadeau. Je hoeft slechts goed naar hen te kijken om iets van God te zien.
Het is geen willekeur, dat de landeigenaar aan iedereen één denarie geeft, aan hen met wie hij dit afsprak en hen die op het laatste moment nog een kans kregen om hun handen uit de mouwen te steken. Dat is geen willekeur, maar pure goedheid.
Amen
Door: Salomon Koninck (1609-1656)
Afmetingen (HxB): (48x57,5 cm)
Techniek: verf op basis van lijnolie op canvasdoek
Datum: 1647
Te bewonderen in: Het staatsmuseum De Hermitage, Sint Petersburg, Rusland
In de tijd van Salomon Koninck werden schilderijen in de regel geschilderd op canvasdoek opgespannen op houten spielatten of houten paneel. Schilderijen werden gemaakt in de regel met verf op basis van lijnolie. Een groot voordeel was dat die veel sterker hechtte dan het daarvoor voornamelijk gebruikte temperaverf, die gemaakt werd op basis van ei. De verf kreeg kleur door pigment. Een pigment is niets meer dan een stofje dat verf zijn kleur geeft. Pigmenten komen vaak uit ertsen en mineralen, zoals omber, oker, houtskool, kwikzilver, kraplak, of sienna. Het zijn piepkleine korreltjes. In de tijd van Salomon Koninck waren er aanzienlijk minder pigmenten beschikbaar dan vandaag. De kunstenaars moesten het doen met stoffen zoals cadmium, vermiljoen, chromaat en kwiksulfide. Maar ook op vreemde plekken werden pigmenten gewonnen, zelfs uit bijvoorbeeld urine. De kleurstof heeft niet alleen effect op de kleur, maar ook invloed op de droogtijd en transparantie. Door het gebruikte soort pigment en de omstandigheden waarin het kunstwerk hing kan een kunstwerk door de tijd ook sterk zijn verkleurd.
Het eeuwig verbond
Zoek de heer, nu Hij te vinden is, roep Hem aan: Hij is dichtbij. De goddeloze moet zijn weg verlaten, de boosdoener zijn gedachten, en terugkeren naar de Heer, die zich over hem ontfermen zal; naar onze God, want Hij vergeeft rijkelijk. Want uw gedachten zijn niet mijn gedachten, en mijn wegen zijn niet uw wegen - godsspraak van de heer. Want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo gaan ook mijn wegen uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten.
Arbeiders van het elfde uur
Want met het koninkrijk der hemelen gaat het als met een landeigenaar die ’s morgens heel vroeg eropuit ging om arbeiders te huren voor zijn wijngaard. Hij werd het met de arbeiders eens over een denarie per dag en stuurde hen naar zijn wijngaard. Toen hij rond het derde uur eropuit ging, zag hij nog andere mensen zonder werk op het marktplein staan. Hij zei tegen hen: “Ga ook naar mijn wijngaard, en ik zal betalen wat billijk is.”? En ze gingen. Rond het zesde en het negende uur ging hij weer en deed precies zo. Toen hij rond het elfde uur eropuit ging, zag hij nog andere mensen staan, en hij zei tegen hen: “Waarom staan jullie hier de hele dag zonder werk?”? Ze antwoordden hem: “Omdat niemand ons gehuurd heeft.”? Waarop hij tegen hen zei: “Ga ook naar mijn wijngaard.”? Toen het avond was geworden, zei de eigenaar van de wijngaard tegen zijn opzichter: “Roep de arbeiders en betaal hun het loon uit, de laatsten het eerst.”? De arbeiders van het elfde uur kregen ieder een denarie. De eersten verwachtten toen dat ze meer zouden krijgen. Maar ook zij kregen ieder een denarie. Ze namen hem aan, maar mopperden tegen de landeigenaar: “Die laatsten daar hebben één uur gewerkt, en u stelt hen gelijk met ons die de last van de dag en de brandende hitte gedragen hebben.”? Maar hij gaf een van hen ten antwoord: “Vriend, ik doe je geen onrecht. We waren het toch eens geworden voor een denarie? Pak je geld maar aan, en ga. Ik wil die laatste evenveel geven als jou. Of mag ik niet met het mijne doen wat ik wil? Of ben jij jaloers omdat ik goed ben?”? Zo zullen de laatsten de eersten zijn en de eersten de laatsten.’
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave november 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal