Kies uw kerk

Preek van de week

2021-02-14. Doe goed en laat het de mensen weten!

Preek As-Woensdag, B

          Eerste lezing: Joël 2, 12-18
          Evangelie: Matteüs 6, 1-6. 16-18

Het is een zin die we in onze tijd meer en meer horen, Van vele bekende, of minder bekende weldoeners, maar ook van christenen die zich vrijwillig inzetten en die veel voor anderen doen. De ene, of de andere zou, zo zeggen ze, door hun voorbeeld kunnen worden aangespoord om er eveneens toe bij te dragen, dat de wereld een beetje rechtvaardiger en de mensen wat gelukkiger zouden worden.

 Het evangelie dat we zojuist hebben gehoord wijst ons echter een heel andere weg! Daar wordt ook gesproken over het geven van aalmoezen, van bidden en van vasten, maar Jezus vraagt om dat in het verborgene te doen en niet aan de grote klok te hangen. God ziet het wel en zal het u lonen. Wie zijn reputatie wil opvijzelen door heel opvallend goede werken te doen, die ligt volkomen verkeerd en moeten aanvaarden dat hij een huichelaar wordt genoemd.

In de vastentijd, die vandaag begint, gaat het om vernieuwing. En die vernieuwing is inwendig en spiritueel. De basishoudingen daarvan mogen we terug inoefenen om op onze levensweg terug dichter bij God te kunnen komen. Achter ons vasten staat het geloof van God, achter ons bidden onze hoop en ons vertrouwen en achter ons geven van aalmoezen de liefde.

En helemaal los van de uiterlijke realisatie van deze waarden worden wij ertoe opgeroepen om ons ook innerlijk zelf te bevragen en over onze instelling tegenover God na te denken. Is mijn vasten een herkenning van mezelf als schepsel van God, en de erkenning van de grootheid van mijn Schepper? Is mijn bidden wel echt een persoonlijk contact met diegene die mij al mijn zintuigen heeft gegeven? Zijn mijn inspanningen voor de werken van barmhartigheid tegenover mijn naasten ook werkelijk een teken van empathie? Een teken van het feit dat ik me het lot van anderen ook echt aantrek?

In deze veertigdagentijd gaat het om onze blik op Jezus en om onze gehoorzaamheid aan zijn Woord. Dat is het doel en ook de kans om ons in deze vastentijd terug op Jezus te oriënteren en Hem beter te begrijpen. Nu kunnen we echt zeggen: “De tijd van genade is gekomen.”

Matteus 6, 1-6. 16-18

Matteus 6, 1-6. 16-18

Wanneer we onze blik nu echt richten op Jezus en zijn Boodschap, dan krijgt ons handelen een heel nieuwe sociale dimensie! Wij voelen ons verbonden met alle mensen op deze wijde wereld. Vooral met die mensen die in oorlog, in honger en nood leven, en wier rechten afgenomen werden.

Om te besluiten. Bij al ons handelen in deze vastentijd gaat het niet alleen om een bijzondere spirituele ervaring, maar ook om onze solidariteit met de mensen, die allemaal Jezus gelaatstrekken dragen. Laat ons die kans nemen, laten we haar benutten, zodat deze vastentijd voor ons ook echt een tijd van genade kan worden.  En dát goede, mag geweten zijn door anderen!

          Amen

Gravure in CHRISTOPHORUS (1654)

Gevonden op: www.beeldmeditaties.nl

Een gravure uit de 17e eeuw. Het is de kerkvader Sint Hiëronymus. Na enige tijd in Rome te hebben doorgebracht als secretaris van de toenmalige paus, trok hij zich terug in de woestijn rond Bethlehem in Palestina. Daar leidde hij het leven van een kluizenaar. Naast vasten en gebed legde hij zich toe op de studie van de Bijbel. Daarop wijst het boek dat we op de afbeelding achter hem zien liggen.

Als kluizenaar bracht hij in praktijk wat we vandaag Jezus horen zeggen. Zo had Jezus het zelf gedaan aan het begin van zijn openbaar leven. Hij had zich teruggetrokken in de woestijn en was het gevecht aangegaan tegen de verleidingen. Als Hiëronymus zich dus terugtrekt als kluizenaar, wil hij de rest van zijn leven stilstaan bij het geheim van die eerste veertig dagen van Jezus’ openbaar leven. We zien hem bijna naakt geknield voor een kruisbeeld. Met de rechterhand klopt hij zich op de borst, symbool van het bekennen van eigen fouten en tekorten. Daarbij ziet hij op naar Jezus aan het kruis, wetend dat hij van daar vergeving en liefde zal ontvangen.

Achter hem op het boek zien we een doodshoofd. Een vast symbool op afbeeldingen van kluizenaars en kluizenaressen. Vandaag ook voor ons heel toepasselijk. Want bij het ontvangen van het askruisje kunnen we te horen hebben gekregen: ‘Gedenk dat je stof bent, en tot stof zult wederkeren.’

Joël 2, 12-18

        Oproep tot bekering
Maar ook nu nog - Godspraak van de Heer: 'Keer u om naar Mij met heel uw hart, vastend, wenend en rouwend.’ Scheur uw hart en niet uw kleren, keer u om tot de Heer uw God, want genadig is Hij en genadig, barmhartig, toegevend en vol liefde, en Hij heeft spijt over het onheil. Wie weet, zal Hij omkeren en krijgt Hij spijt, en laat dan zegen achter zich,  een huldigingsoffer en een plengoffer voor de Heer, uw God! Blaas de bazuin op Sion, kondig een heilige vastentijd af, roep een plechtige bijeenkomst bijeen. Verzamelt het volk, beleg een heilige bijeenkomst, brengt de oudsten samen en verzamelt ook de kinderen en de zuigelingen; laat de bruidegom zijn kamer verlaten en de bruid haar bruidsvertrek. Laat tussen de voorhal en het altaar de priesters, die de dienst van de Heer verrichten, wenen en zeggen: Spaar uw volk, Heer, laat niet met uw erfdeel spotten, laat de heidenen het niet overheersen. Waarom zouden we onder de volken zeggen: Waar blijft hun God? Toen is de Heer voor zijn land opgekomen en heeft Hij zijn volk gespaard.

Matteüs 6, 1-6. 16-18

        De Vader ziet in het verborgene
Pas op dat jullie je gerechtigheid niet beoefenen voor de ogen van de mensen, om door hen gezien te worden. Anders wacht je geen loon bij jullie Vader in de hemel. Dus wanneer je barmhartig bent, loop er dan niet mee te koop, zoals de schijnheiligen dat doen in de synagogen en op straat, om door de mensen geprezen te worden. Ik verzeker jullie, zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als je barmhartig bent, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet. Opdat je barmhartigheid in het verborgene gebeurt, en je Vader, die in het verborgene ziet, zal het je belonen. En wanneer je bidt, wees dan niet als de schijnheiligen, zij staan graag in de synagogen en op de straathoek te bidden, om op te vallen bij de mensen. Ik verzeker jullie, ze hebben hun loon al ontvangen. Maar als je bidt, ga dan je binnenkamer in, doe de deur dicht, en bid tot je Vader, die in het verborgene is; en je Vader, die in het verborgene ziet, zal het je belonen.
Wanneer je vast, zet dan geen somber gezicht als de schijnheiligen, want zij vertrekken hun gezicht om met hun vasten op te vallen bij de mensen. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als jij vast, zalf dan je hoofd en was je gezicht, opdat het bij de mensen niet opvalt dat je vast, maar wel bij je Vader, die in het verborgene is; En je Vader, die in het verborgene ziet, zal je ervoor belonen.

Archief preken